Keizerlijke ambities op het Binnenhof?
In 1229 koopt graaf Floris IV een afgelegen domein van een zekere ‘vrouwe Meilendis’. Zeventig jaar later torent de imposante Ridderzaal er hoog boven de omgeving uit. Het Binnenhof is uitgegroeid tot een machtscentrum van internationale allure. Wie waren Floris IV, Willem II en Floris V, de drie grondleggers van het Binnenhof? En waarom kozen ze een afgelegen strandwal voor hun ambitieuze bouwprojecten? Een verhaal van macht, strijd, status en ambitie.

Holland is in opkomst in het begin van de 13e eeuw. Van onontgonnen moerasdelta is het gebied in een paar eeuwen uitgegroeid tot gecultiveerd landschap met belangrijke havens en steden. Handel, ambachten en markten bloeien op. In de steden hebben burgers belangrijke zeggenschap.
Graafschap Holland is onderdeel van het Heilig Roomse Rijk, dat zich uitstrekt van Noord-Duitsland tot Midden-Italië. Een lappendeken van hertogdommen, bisdommen en graafschappen. De koninklijke en keizerlijke heersers hebben geen vaste verblijfplaats. Om dit grote rijk te besturen reizen ze met hun gevolg rond, letterlijk om hun gezicht te laten zien. Als tijdelijke verblijfplaats beschikken de koninklijke en keizerlijke heersers over een netwerk van residenties, de ‘paltsen’.
De grafelijke hoven in Holland zijn een variant op de paltsen in Duitsland. De graven van Holland trekken tijdens hun zwervend bestaan van de ene naar de andere plaats, meestal opkomende steden zoals Leiden, Haarlem en Delft. Naast rondreizen is er nog een manier om hun macht kenbaar te maken: door middel van indrukwekkende gebouwen.
Graaf Floris IV, de raadselachtige

Twaalf jaar is Floris IV (1210 – 1234) als hij zijn vader Willem I opvolgt als graaf van Holland. Hij koopt in 1229 ‘de hof van vrouwe Meilendis' van Dirk van Wassenaer, een telg uit een adellijke familie. ‘De Hof ’ lag aan een duinmeertje opeen strandwal: de plek van het huidige Binnenhof.
Floris bouwt er een jachtslot in de nabijheid van het Haagse Bos. Het is een van de eerste gebouwen van baksteen in Holland. Een gebouw van steen in plaats van hout gaf status in die tijd. De resten van het verblijf vormen nu nog de middelste kelder onder de Ridderzaal, dat dus het alleroudste gedeelte van het Binnenhof is.
In 1231 wordt Floris tot ridder geslagen. Lang kan hij niet van zijn nieuwe titel genieten. Drie jaar later komt hij om het leven tijdens een riddertoernooi in Noord-Frankrijk. Slechts 24 jaar oud, gestorven in het harnas.

Hoe vaak is graaf Floris IV op ‘zijn’ Binnenhof geweest? Wat waren zijn plannen voor het Binnenhof? We weten het niet. Er is vooral veel onbekend over zijn korte leven. Dat verklaart misschien ook het raadselachtige portret van de stichter van het Binnenhof, waarop zijn gezicht verscholen gaat achter een helm.
Wat wel zeker is: door er een bakstenen verblijf neer te zetten legde hij de basis van het Binnenhof. Ook zeker: Floris en zijn vrouw Machteld van Brabant krijgen vijf kinderen. Oudste zoon Willem volgt op twaalfjarige leeftijd zijn vader op als graaf van Holland.
Willem II, de rooms-koning

Het leven van graaf Willem II (1227‑1256) krijgt in 1247 een onverwachte wending. Paus Innocentius IV verkiest hem als rooms-koning, een opstapje om keizer te worden van het Heilig Roomse Rijk. Er woedt al jarenlang een strijd om de macht in het rijk tussen Rome en de Duitse Hohenstaufen dynastie. Paus Innocentius IV ziet in buitenstaander graaf Willem II een ideale tegenkandidaat voor de keizerskroon. De verkiezing van Willem II tekent de opkomst van Holland als belangrijk graafschap binnen het rijk.
Het maakt Willem II nog niet direct tot de onbetwiste leider van het Heilige Roomse Rijk. Bij zijn nieuwe status hoort een ambitieus bouwproject. In de stijl van andere hofcomplexen voegt Willem 'een coninclic palays' aan het jachtslot van zijn vader Floris IV toe. Het is het deel van de Grafelijke Zalen dat we nu het Rolgebouw noemen. Met het imposante stenen paleis laat Willem zien dat hij de rechtmatige koning en toekomstige keizer is.
Het gebouw bestaat onder andere uit twee zalen van ongeveer 25 bij 9 meter: een zaal met gewelven op de begane grond en daarbovenop een ruime zaal met een houten plafond. Het is duidelijk niet alleen bedoeld als woning of verblijfplaats; met die grote zalen heeft het gebouw ook een representatieve functie. Net als andere paltsen in het Heilige Roomse Rijk.

De strijd om de keizerskroon
Naast een imposant stenen paleis is er nog een andere manier voor Willem II om zich te manifesteren als rechtmatige rooms-koning: strijd. Hij vecht tegen zijn vijanden en concurrenten voor de troon. Hij belegert en verovert Aken. In 1248 vindt daar de officiële kroning tot koning plaats. Weer een belangrijke stap naar de keizerskroon.
In 1254 sterft Koenraad IV, Willems laatste belangrijke tegenstrever en vijand in het rijk. Willem is dan op het hoogtepunt van zijn macht. Hij weet ook de ‘regalia’ te bemachtigen; de keizerskroon, scepter en rijksappel die nog in handen waren van de Hohenstaufers.
Niets staat de keizerskroning te Rome nog in de weg. Door onrust in Rome en het overlijden van paus Innocentius wordt de kroning nog wel een paar keer verplaatst. De nieuwe paus Alexander IV stelt de kroning vast op Pasen 1256. Zover komt het niet. Tijdens een winterse veldtocht tegen de West‑Friezen zakt Willem met paard en al door het ijs. De West‑Friezen kennen geen genade en vermoorden de gedoodverfde keizer van het Heilig Roomse Rijk. Willem II sterft in het harnas, slechts 28 jaar oud. Met zijn vrouw Elisabeth van Brunswijk laat hij zoon Floris na.
Floris V, graaf met koninklijke ambities

Floris V (1254-1296) is pas twee jaar oud als zijn vader Willem II tijdens zijn veldtocht tegen de West-Friezen sneuvelt. Floris heeft zijn vader dus nauwelijks gekend. Toch is wraak op de West-Friezen voor de dood van zijn vader een van de eerste dingen die hij als jonge graaf onderneemt.
Het rooms‑koningschap is niet erfelijk. Floris is van geboorte een ‘gewone’ graaf, maar hij lijkt in alles zijn vader te willen evenaren of zelfs overtreffen. Met zijn enorme bewijsdrang streeft hij fanatiek naar status en koninklijke waardigheid. Floris maakt aanspraak op de Schotse troon, een missie die uiteindelijk mislukt. Hij houdt er waarschijnlijk wel een royale afkoopsom aan over.
Bij zijn koninklijke ambities hoort een bouwproject van vorstelijke allure: de Grote Zaal, in de negentiende eeuw hernoemd tot Ridderzaal. De zaal kent in die tijd in Noord-Europa geen gelijke. De imposante ruimte heeft een breedte van achttien meter zonder ondersteuning. Floris is mogelijk geïnspireerd door de Westminster Hall, een gebouw dat hij kent van zijn reizen naar Engeland.
De zaal heeft een opvallende voorgevel, met twee torens aan weerszijden en in het midden een roosvenster. Ook opvallend: de zaal staat haaks tegen het Rolgebouw van Floris’ vader Willem II aan. En gaat ten koste van het eerste grafelijke slot van opa Floris IV, waarvan slechts één kelder behouden blijft.
Uit de recente opgravingen bij de Stadhouderspoort blijkt dat Floris ook het poortgebouw voor een groot deel opnieuw laat optrekken. Waarschijnlijk omdat de nieuwe poort beter past bij de grandeur van de Ridderzaal. Het poortgebouw van zijn vader Willem II was nog maar veertig jaar oud.

Wie eind dertiende eeuw aankomt op het Binnenhof ziet een nieuw poortgebouw en een imposante zaal die hoog boven de omgeving uittorent. Een gebouw van Europese allure, waarachter de oudere Rolzaal schuil gaat. Floris V maakt zijn ambities voor het koningschap niet waar, maar overtreft zijn vader met de bouw van de vorstelijke Ridderzaal.
Lang kan Floris niet genieten van zijn nieuwe zaal. Hoge edelen beramen een complot tegen ‘der keerlen god’ (de god van de gewone man). Na een ontvoering wordt Floris V in 1296 op wrede wijze vermoord, veertig jaar oud.
Het rijk alleen?
Waarom kiezen de drie graven voor het Binnenhof als hoofdresidentie? En niet bijvoorbeeld voor Delft, Haarlem of Middelburg? Of Leiden, de geboorteplaats van Willem II en Floris V?
In ieder geval zijn de landschappelijke omstandigheden op het Binnenhof ideaal. De strandwal vormt een stevige ondergrond voor een zwaar stenen gebouw. Het hof in Den Haag lag in een schilderachtig kustlandschap, dat rijk was aan groot en klein wild en vis. Een beek zorgt voor drinkwater, er is een bos om te jagen en een veengebied voor brandstof.
Daarnaast is juist het ontbreken van een stad waarschijnlijk belangrijk geweest voor de keuze van het Binnenhof als hoofdresidentie voor de graven van Holland. De steden zijn in opkomst in de late middeleeuwen. De graven koesteren liever de eigen macht en delen die niet graag met anderen. In de stad zijn ze omringd door potentiële vijanden. En door andere gebouwen.
Met imposante paleizen in een ‘woest en ledig’ landschap tonen de graven van Holland hun koninklijke en keizerlijke ambities. Floris IV, Willem II en Floris V hebben in de 13e eeuw op het Binnenhof het rijk alleen. Maar niet lang: al snel ontwikkelt zich een stad rondom de grafelijke nederzetting: ‘s Gravenhage. Wat begon als een jachtslot in een woest en ledig landschap is in acht eeuwen uitgegroeid tot een internationale stad met honderdduizenden inwoners.


Meer weten over het Binnenhof in de 13e eeuw?
In het Informatiecentrum Binnenhofrenovatie, Plaats 22 in Den Haag, is een tentoonstelling ingericht over de recente opgravingen bij de Stadhouderspoort. Ook het gouden beeld van rooms-koning Willem II, dat normaal bovenop de Binnenhoffontein staat te pronken, is er te bewonderen.